Transcriptie
comptoir te laten absolveeren, in begrip dat de lo„
„pende boeken door den visitateur Generaal
gemaklyk zoude konnen effen gehouden werden.
egter gaf den ondergeteekenden de moet daar
„am nag niet verloren, in vertrouwen dat uw
hoog Edelhedens, overtuijgd zijnde, zo wel van des„
selfs welmeenentheit omtrend den dienst zijner
heeren en meesters, als van de noodsakelijkheijd om
het vacante ampt van besitateur generaal
met een begnaam subject tevoorsien, een gun
stige Refloxie zouden slaan op desselfs eerdie„
dige beede, om den koopm: Albertus dom„
„burg daar toe te verkiesen, van wiens be„
„quaamheid en onvermoeijden ijver den directeur
bij ondervinding konde oordeelen, te meer also
het bekend was, dat de voorm: Domburg
geen particulier vrierd van den ondergeteeken„
„den is, en dat hij in dit geval niet anders als
sicomp: waren dienst boven zijne Eigene belan
„gens had be-oogt.
Dog bij ontwaarde tot zijn Sensible Leedweesen,
dat het uw hoog Edelheid behaagde met de heeren
ordinairis Raden Cluijsenaar, van Broijel en
van der Waeijen, het opperhoofd van Japan den
opperkoopman hendrik van homoet daar toe aan
te stellen, een man die thans in Japan is, en van
wien men niet weet, of hij nog in't leeven of dood
is, die nooijt daarom versogt os heeft en /: schoon
anders een braf eerlijk dienaar:/ die den onder„
getekenden oordeelte tot dat ampt niet be„
kwaam te zijn
het is onnodig, om uw hoog Edelhedens te vertoo
nen, dat de ampten bij d’ Comp: van verschillen
de aart zijn, ijmaand die een natuurlyksken„
uis bezit, kan in den omtrek van een maand
bequaam worden tot het waarneemen van zam„
mige diensten, als hij maar oplettiende is, dog
gants anders is het geleegen met het negotie
werk, waar tot het schranderste vernuft onbe„
kwaam
347
345