closeTerug naar inventaris

Transcriptie

voor al mogen de jnlanders van ons volck

qualijk toegesproken, gescholden, veel min

gestooten of geslagen, maar met alle redelijkheijt

en goede ommegank bejegent werden, ook

geensints de zelve beswaren met ijettees afte

vorderen, 't zij boete of anders, want d’ ervarentheyt

ons geleert heeft tot damme, daar ons volck

al te samen dootgeslagen is, dat uijt quade

bejegeninge is voortgekomen

Eijndelijk draagt goede zorge voor de rantsoenen,

dat die ordentelijk uijtgedeelt werden, op dat ze

tot den gestelden tijt mogen strekken, dat is

voor thien maenden want wij gesint sijn

in de maent decemb=r aenstaende ul: weder

bij te komen: godt de heere wil uL: voor„

„nemen, zegenen en. hier mede bevelen wij

ul: en bijhebben geselschap in sijne heilige

bescherminge, m: zijt hiermede toegewenst

een voorspoedige en behouden rijse, in margine

Banda nassame den 1=en maert a=o 1683.e

was geteijkent Willem van Zijll, Albert

van Breugel, adrian van Roijen, Corn„

stull en Pieter Craen

M: den Schoolmeester heeft op sijn vertreck genoten

vijff maenden gagie,

8: 30:

jdem de soldaten als,

13:¾

1

huijsert jans: venui

en

jdem

12.½

Sacharias jaub: renst

tsamen - - . rx:s 56:14

verte

143