Transcriptie
versoek vanden soldaat Jan
buslon, terderende om
sijn verlossinge
van Dicxanuijden in't Landt gekomen
1677: den 15=e septemb=r met het schip
Allexander voor Zeelandt, voor soldaeta
8: guldens p=r maent, en in banda gekomen
1678: met het schip Zacxenburg, dese
bovenstaende persoon is dierhalven
seer Ootmoedelijck aen uEd=le heer, en
zijn achtbaren raad versoeckende, dat
dat hij d’plaets van Corporael magh
genieten, naer d’mael het hier ledigh
is en oversulcx seer wel is ervaren
soo inde maleijtse, als darouse taal 'twel„
hier seer wel te pas komt, onder
dese natie, sonder meer, als wen„
chende uEd=e heer, en zijn
achtb= raad in dprotextie van
godt almaghtighOnderstondt
u E=s verpligten dienaer, was getek„t
Jacob Cortin van maarsen, in margine
op t' Eijlandt Aron Wocam den 30=e
Octob=r 1682.
aen dE heer