closeTerug naar inventaris

Transcriptie

zijn voor de negorij Teeuwer

gearriveert

daer den borger Jan gijsberts

met zijn Chialoep vonden leggo

de strijdige parthijen op voors

beeuwer geexamineert

de saecke van weijnigh belang

bevonden

de selve zijn wederrijdts tot

genoegen bevredigt

tadviseeren, dat sed:t VEE=s ontfangene despechses

na 6: dagen omswervens, den 5: d=o voor teeuwer

ten ancker gecomen zijn, alwaer wij met zijn Sloek

vonden leggen den borger Ian Gijsbertsz:, die hier ovr

16: Etmael was gearriveert, eenblijk wagtende

na Clappers olij, soo dra deselve becomt, staet

ten Eersten, wanneer de ooste wint maer gegint

te repen, weder na Costij te retourneren

de twee strijdige partijen hier op teeuwer, hebben

wij aenstonds met ons Comst bij een geroepen

VEE:s jntentie en begeerte, mitsgaders de klagten

door den jurebassa gamelack etc:a Costij gedaen

voorgehouden, waer over veele wedersijdse discoursen

vielen, ijder zijn klagten gedaen hebbende,

oordeeleen de saak, als men in siende hunne

'slands wetten en manieren van doen, van weijnig

belangh, schijnende in 't eerste hem zeer sel

achtigh

en vreet op te doen maer zoo leeugenagrig= alse

in ’t begin hun aen stelden, soo schaepagtigh

waarense te versoenen, hebbende den op hun

jnstantelijk versoek, op de wedersijdse begeerte, een

vast en bondige vreden tussen hun beslooten

met die stipulatie dat d’Eerste die 'twerck weder

begint te moveeren en oorsaeck geeft van

nieuwe questien zal den selven aenstondts

gehaelt, en in banda ten regt gestelt, werden

daerse al op hun wijse den eer op hebben

n

affget

zeer verh

bele

wij

do

e

9

G