Transcriptie
en gelsen, als het deense opperhooft, voorgevende affgesonden
t zijn uit den naem en van wegen den onder ge„
weesene Coninck sulthan agoeit, om te vernemelt —
gel:k sij attestten: haer ook affvroegen) wat de reeden
van hare comste met soo veel militaire macht aldaer
ter rheede van bantam wareen te beduijden hadde,
daer sij attestoen: verclaeren haer tot antwoort op ge
dient te zijn, datse een brieff van den Ed=e heer
gouverneur generael, ende d’ E. E: h=ren raden van India
aen den gewesene ouden coninck voorn:t te bestellen
hadden, twelckeij ook alsdoen, repeteerden op haer
eerste verscheijningen aldaer met een brieff bekent
gemaekt tehebben, aen die volckeren dewelcke de
vastigheden aen de boom in besettinge hielden,
en derhalven ten hoogsten verwondert te zijn over dit,
en vooren halde vragen, met welck antwoort,
en bescheijt vooren gem=te gecommitt:s gesamentl=t
wederom van haer attestinos boort sijn vertrocken,
naer welck gepasseerde het deensen opperhooft s:r pouli
sijn chirurgin met name hendrick boonsack aen
haer artesthens boort heeft gesonden gehadt, niet ver
versoek om met derselver secreijt ofte boot eenige kisten
uijt de engelse scheepen te mogen affhaelen, die hi
voorgaff van landt daer in gebracht te hebben,
dathem boonsack bij haer antestien: ook is geaccoor„
deert en toegestaen, alswanneer meer gem=te boonsack
ook verhaelde, en verclaerde in welcker vagen den voorn:
gewesene ouden koninck nogh selfs ter deser dage
eenige vaeten buskruijt uijt de engelse logie hadde
laten affhaelen, als mede jnwelcker voegert de
en gelsen haer ook dagelijx ten dienst van den meer
1.
gem=te gewesene ouden coninck voor constabels
en het maeken van paggeringen en vastigheden
tegen het casteel, en den wettigh regerend coninck
keten gebruijcken, overwelcke manere van doen
der engelsen, hij boonsack was bij voegende dat de
verders aen wesende Europiaense natien, als de france
verte