Transcriptie
Van Bantam, Den 25:e Maart 1729. —
Den 13.' deser niet: dubiteerende, versoeken eerbiedig
de spoedige te rugkomst van gemelte Europeesche
manschap, nevens den zergeant Ian huijbertsz:
en de twee schildergasten, die men van hier met
onse eerbiedige aan uw Edele groot agtb: van
den 7:e xber: Jongstleden na Batavia schikten. —
wijders verselt nog desen een oncostreecq: der voorsz:
vlugtelingen ten bedrage van ƒ354:—:—: waar
van de affschrijving bij de Bantamse handel
boekjes verboeken.
En desen hier mede besluijtende verblijven met.
schuldige agting /:onderstond:/ hoog Edele, gestrenge
wijd gebiedende heeren /:lager:/ uw hoog Edelens
onderdanige en trouwschuldige dienaren /:getekent:/
Joh: Sautijn, H:s De Graaff, J:n Steenwijk,
Simon Groenevelt /:in margine:/ Bantam
den 25.e maart 1729.—
apart:
Batavia.
Aan sijn Edelheijt, den hoog Edele gestrengen heere
Matcheus De Haan
Gouverneur Generaal, en d’ Edele Heeren
Raaden van Nederlands India.
Hoog.