Transcriptie
153.
Van Bantam onder dato 5:' Julij 1729.
goede wie, meening en genegentheijt tot sijn ma„
„jesteijt, hem insonderheijt versekert hadde sijn
Edelheijt Ioan van Hoorn /: L: M: / wiens
deugden en bequaamheeden onder een vriendelijk
gelaat seer beroemde, met een sondereinge na„
„druk, en uijtbreijding van woorden, dewelke nog„
gevolgd wierden van een communicatie, als
dat van voorneemen was zijn Edelheijt den hoog
Edelen gestrengen heere en m=t Diderik Durven
gouverneur generaal van Nederlands India
sijnentweegen te laten begroeten door desselvs
rijksbestierder Pourba Nagara, want dat
anders doende, beschaamd soude weesen: En
hier mede den gesaghebber die door des vorsten
gewoone driftigheijt in’t spreeken geen gelegend„
heijt gegeven wierd om ergens ordentelijk op
te antwoorden, wat gegeeten, en aan zijn E.
affscheijd verleend hebbende, is dese conferentie
dusdanig g’eijndigt tot Bantam den 2.e
Iulij 1729 /:onderstond:/ mij present /:getekend:/
Mattheus Wilshuijsen /:onder„
stond :/ accordeert /:was geteeckend:/
M:s Wilshuijsen eerste
Clercq. —
Reekening.