Transcriptie
257.
Van Bantam Den 21:' November 1729.
voortaan wel in practijk maggehouden werden.
Dat den ongelukkigen Chinees Ian Tanwko zijne
ontnomen goederen te rug erlangt, zullen wij soo
veel mogelijk tragten te besorgen, hoewel de meeste
derselve bereeds verkogt en verdeelt zouden weesen
onder de geene, die de regtmatige pretensie van
dien armenhandelaar soude tegengestaan en
bedisputeert hebben, bij den vorst, denwelke daar
over nader door den gesaghebber zijnde gesproken
en dit onreedelijk gedoente voorgehouden uijt name
van uw Edele groot agtb:, believde sijn hoogheijt
allaggende, en als indifferent, eenelijk daar op
te antwoorden, dat dit geval zijn zoon den pan„
„gerang Iaija Santika betreften, sonder het selve
int alderminste te laken, nog aan ons te geeven
eenige kope tot de restitutie dier goederen aan den
voorsz: eijgenaar, denwelke wij sijn vaartuijg hebben
doen te rug erlangen op de daar toe bekomen licen„
„tie van uw Edele groot agtb:, wiens ordre ook is
geobserveerd, ontrent de seclusie van den luijten:t
adriaan van der croes uijt den raad van politie
en Iustitie te deser besetting.
Buijten de voor aangetogen gobars, mattaram
de Iapanse coubangs, en het versogte paijement,
tot voor