Transcriptie
Van Bantam Den 6:' Maart 1730. —
N:o 12. memoritje van een inlandsketting ganger ins„
„gelijx met desen bodem overvarende —
Bantam Den 6:' Maart 1730. /:was getekent:/ I. C=s
Willhuijsen eerste clercq /:ter zijde stond:/ MB: hier bij
gaan drie peperharpen, waar voor andere in plaats ver„
sogt werden, en 200. potten niet wel doorbrands, en van
sween gezuijverde witkalk voor het ambagtsquartier
tot Batavia. —
Rapport, gedaan aan den
E: heer Johan Saurijn
oppercoopman en gesaghebber
te deser besetting, door den capit:n
HHendrik Duiwelt, den
Fiscaal Ian Steenwijk,
en Luijtenant Simon Groe„
„nevels concerneerende de
slegte gesteltheijt van de hou„
„te brug, die sig agter Speel„
„wijk aan de oostkant over de
gragt strekt.
E: achtbaren heer.
In nakominge van uE: agtb: g’'eerde ordre, hebben
wij ondergeschreven als expresse daar toe gecom„
„mitteerd.