Transcriptie
121
Van Amboina Den 24: September 1729
missiven van Manipa van 27 xber: 16„e Ianuanij
31:' maart 22 Iunij en van Saparoua van 4„e februarij
midsgrs: van haroeka van 9 en 227 Iulij eersten
aug„ midsgrs: 18 en 24 d„o allebij ons aankomend brieff
boek vande buijten Comptoiren tevinden enwaertegen
wy wegens de ongemaekbare stijltens en ontregan, redenen waeromrendese
booswigten niet agterha„
kelijkheijd der gebergtens waer dese moordenaars enkan
sig ophouden niets anders hebben konnen doen als aande
Ceramse Ingeseetenen ere commandeeren recommundatie aan deCe„
„rammers dien aangaande.
welop haar hoede tewesen en in allen gevalle geweld
met geweld aff tekeeren tenwelken Eynde wi
ook het subaltenne hoofd tot haroeka Iankleijn
by schrijvens van 26„e augustus gequalificeerd
en qualificatie aen'thoofd
hebben, de onderhem sorterende Cenammers
van haroeka om eenig kruit
en loot te verstreckeperde fonsie
te versien met kruijt en loot n mrate van noodseekelyk
tegens die moordenaers
„heijd midsgrs: den sergeant op manipa op verboek bij
schrijvens van 20:' Iulij den 29:' daaraanvolgende aanges:
permissie die van hatuws om
dat die van hatuwe den alphoeresen radja van marhoenij
den baloonigen radjavan
marhoenij doonwapenen
tot redenen tebrengen
dewelke volgens brieven van manipa van 16:' Ianuarij
en 7„o Iunij, nog doorvrundelijke tusschen spraack
vanden meernm: sergeant nog door andere middelen
tot vrede met de hatuwese ingeseetenen wewegen, nog te
brengen was, met gewapender hand mogen tegen gaan
mits dat die van hatuwe bevoorens wel souden aver„
„leggen of hare magt tegens die van marhoenij
konde