Transcriptie
Van Amboina onder dato 27:e 7ber: 1742.
waar mede wi verhopen na uwel Edele agtb:
intertie sullen hebben volbragt de vrijhift ne
men ons Eerbied en diep ontsag te noemen
/:onderstond:/ uwel Ed: agtb: onderdanige en
trouw schuldige dienaren /:was geteekend:/
D: van Loenen en C: Sreno /:in margine/
amboina victoria den 13.e Junij 1742.
Bij welk rapport dan gebleeken synde dat
de differentien van twee keeren, soo aan
indroginge als Leccagien op den kantal
van 23. leggers araq te samen bedroeg
136½ kann: niet jegenstaende den oper Coopm:
van Bloklaad betuigende was dat al
de leggers door den pakhuijs opsiender
en kuijper dagelijx gevisiteerd en dier
daar aan bevondene gebreken, soo
veel doenlijk ook telkers waren
verholpen geworden, onder verdere
varkearinge, dat dewijl de indroginge
en Leccagien hem onvermijdelijk scheenen
hy derhalven als voor dusdanige
prade niet konnende instaan teer
ootmoedig versogt om van dies ver
antwoordinge antsergen en dat het
opsigt over deselve Leggers aan
twee gecommitt„ss gedemandeert
ten