twavivie gesteltheijd der mar„

Vijkers onder den quatahoedij.

versoek om adsistentie

het volk vanden rooden

berg zal der grastahoeden

voor adsisteeren

Rendengeweesen Koning

Van Bonram Termerde

ring van Kaersen in olij to

gelegt.

Van Amboina den 24: maij 17.

twee negorijs volkeren, dog bij informatie niet

anders dan differenten berigten erlangd hebbende,

die de zaak twijfelagtig heeft doen werden, en selver

onder het doen der hongij visite, niets te ontdecken

geweest zijnde dan eenelijk dat die g’accuseerd:s

presumptief de daders daar van zijn geweest, dog he„

fiscaal ter onser vergadering van den 15. 9ber: d’ E:o pass:o

gedeclareert hebbende geen fundamenteele actie

tegens die personen te kunnen institueeren, zo

heeft men haar onder een ernstige reproche uijt het

quartier, waarinne zij zo lange zijn geplaasts geworten

ontslagen, en weder na haar negorij laten vertrecke

Onder dit Capittel als daar toe zijn relatie hebbende

moeten wij nog bedeelen dat den Guattahoedij van de mar„

„dickers augustus de Costa, in onse vergadering

van den 16. april laastl: bij requeste te kennen heeft geged

„ren dat zijn volk door sterfte en het weglopen van veele tot

op omtrent veertigmans personen was vermindert

_

waar door hij buijten staat gesteld wierd het ord= quart

„volk tot den hofdienst te fourneeren, veel minder om

kunnen

„

zijn Corre Corre te „ bemannen, waaromme hij versogt dat

de een of andere nagorijhem ter adsistentie mogte werde

toegevoegd, waar over wij ten selven dage disponeeren„

de, goedgevonden hebben, hem door de volkeren aan den loge„

naamde Roden Berg wonende onder den moorse orang

kaij Noerlette te laten adsisteeren eenelijk in den hoffof

quarts dienst en in het bemannen van de Corre Corre onder„

het doen der Hougijvisite en dat voor een derde gedeelte

van de manschappen die benodigt zijn dewijl dit volkie na

haar eijge opgare wel 62. weerbare mannen komen uijt

te maten die weijnig op nietwes tot dienst van dE Comp: ver

„rigten

Den gewesen koning van Bantam Continueert nog

al in zijn wispelturige Concepten en heeft ons genoodsaakt

door zijne Continueele lastige versoeken hem na ons be„

„sluyt