Transcriptie
n van
Een solicitant toont aan dat
zijn overgrootvader radja
geweest is
Pieter Hehanoesa tot radja
van Titawaij aangesteld
ontslag en weder aanstelleng
van een weesmoeder,
klagten over den onderstuurm:
Holst,
het door hem onnut verspild
kruijt en koegels te doen
vergoede met 75: pr C=to
47:
eenen oudtijds aldaer regeerend gestaght van sekeren Radja Papoea
tot ’t regentschap verheeven zoude weesen, gelijk 'sE: Comp: archiven daer toe
mede wel eenige aenleijding komen te geeven, weshalven dan op dit een en ander gelet„
mitsg:s door den eersten sollicitant Pieter Hehanoesa, duijdelijk aangetoont
en bij sComp=s registers der Iaeren 1663: en 1682: mede blijkende, dat desselfs
overgroot = vader naamens Ionkor Neira geduerende dien tusschen tijt, als
radja over de negorie Titawaij is gestelt geweest, en de verdere drie sollicitan
„ten met genoegsame sekerheit niet hebben kunnen doen blijken, noch ook ten
hunne opsigte ontwaard heeft kunnen werden, dat hunne lenie schoon onge„
„twijffelt mada in consideratie komende, daer mede ooijt noch is vereerd ge„
„weest, is goed gevonden, hem Pieter Hehanoesa, daer mede thans weder te ver„
eeren en den selven als dus naestgeregtigt, en zijnde een persoon van
goede naeme, tot radja van de negorie Titawaij aantestellen den wel„
„ken dan binnen geroepen in handen van den heer gouverneur quamen
afteleggen, den Eed voor de inlandse hoofden der specerij=geevende
Comptoiren beraemd,
Door Constantia Iacobsz: weduwe van Loenen versoek gedaen
zijnde, om mits haere hoogklimmende Iaeren, als binne moeder van het
weeshuijs ontslaegen te werden; zoo is haar zulks vergunt en op instantie
weder daer toe aangestelt Constantia Churs, weduwe w: den sergeant
Carel van der Marck, tot Communicatie aen broederen diaconen p=r
Extract deses,
Voorts door den Heer gouverneur te kennen gegeven zijnde dat op den Iongsten
hongij verscheijde inlandse hoofden over ’t vrij ruwe, en onbescheijdene gedracht
van den stuurman fredrick Holst, op zijne kruijstogten zijn Ed: agtb:
waeren klachtig gevallen, en wel insonderheijt die van Poeloe Gisser van
„wien na haer voorgeeven op twee defferente tijden, twee slaeven afgeperst
zoude hebben, waer omme dan reeds denselve van zijn vaertuijg geligt en daer
op in commando gestelt haade den onderstuurman Coenraad Geerkens,
tegelijk overleverende zijn kruijt reecq: soo wierd nae dies resumptie
ten desen voor af goed gevonden omme het bij hem zoo onnut als sottelijk
verspilde tot zawaij, met het in de kraam bevallen van des Posthouders
huijsvrouw, als ook 24: lb: en twee pond snaphaan kogels die voorgeeft
/zoo ’t wel schijnt in eene dronken mansactie :/ tegens eenige Cerammers
in den bocht van lingoa tot verlies van zijn op hebbende corporaal verscho„
„ten.