Transcriptie
aan de burgers sal een bewrijs woor„
„den gegeven
Interdictie aan de burgerofficiers
en chinesen.
de wijk m=s zoo wel als den fis„
„cael, zullen daer op agt moeten slaen
klagten van den radja van Soija
over een schoolmeester wegens ’t schrij„
„ven van een koop briefje.
den schoolmeester in een boete
voor den arme gecondemneert.
„ger Capitains, en die der chinesen, ten einde daar van prothocol geformeert
en vervolgens aan een jegelijk /tot ’t burgerschap dan wel gegunde inwoning
aan dese hooft plaatse gerechtigde /door den seert:s van Politie dientwegen
te werden afgegeven een behoorlijk bewijs op een zegul van 12: stver=s en ’t geh
„le bedraegen van 1: rd=s te samen voor dies prothocollering en expeditie, om alchot
te strekken, ten blijke, aan en bij wien zulks wettiglijk g’eijst zoude kun„
nen werden, te gelijk met interdictie aan alle burger capitains, mindere
officieren, en die der chinese natie, om niemant buijten dien, onder hunne
compagnien tot burger diensten aan te nemen, ten inwoning alhier te ver
„steken, of in stilte aan te houden, dan wel in hunne particuliere vaart
aff andere diensten te Emploijeren op peene van andersins gecorrigeert te zu
„len werden nae Exigentie van zacken, waar toe insgelijks goed gevonden
wierde, zoo wel de wijkm=s aan dese hoofd plaatse, als in ’t gemeen den fiscael
deser provintie te recommanderen, op dat alles, goede acht te slaan en te letten
doch egter daar van uijt gesondert te laeten, de sodanige dia aals wan auls sodant
„ge die als van ouds her onder den gewonen naem van moarits met voorkennis
en te vertonene permissie briefjes van hunne negorijs regenten, zich aan dese
hooft plaatse bij dese en gene met enigh ambacht ./. gewoonlijk maar voor eenigen
tijd Cerneren
Den Radja van Soija almede klagtigh gevallen zijnde dat den schoolmees„
ter in zijne negorij Habel Rihata een onderhands briefje ten Transport van
zekeren doussong van David en Pieter Willemst aan eenen David Heha„
nusa gepasseert had, zonder dat zelfs de Eerstgen: nae aangaeve daar
iets van zoude weten zoo communiceerde teffens den heer gouverneur dat
zoo wel den voorsz: schoolmeester als den bij dat briefje bekent zijnde, zo
genoemden verkoopers ondervraagt, mitsg=s den eerstgem: bekent hadde dat briefje
alleenlijk op versoek van een inlander van Soija namens Iohannes Okalatita in
minuit geschreeven te hebben, doch dat het selve in zijn preesentie niet geteekent ware,
zoo is uijt aanmerking dat juist zoo zeer in desen geen falsiteit ofte malitie, als
wel een onbedacht, en al veeltijds bij de rond somme zijnde schoolmeesteren, een te
ver buijten ’t bestek hunner scholen geoccupeert werdend gedrach gepresumeert kan
„werden: verstaan hem Habel Rihata over zulks te condemneeren in een boete van
een maand zijner winnende gagie, en mede sodaenigen somatje van ses rd=s als waar
voor het bij dat papiertje als verkogt stukje lands te voorschijn komt, ten behoeven
van de diaconij=armen deser steede; met goed vinden teffens om door de gewone
gecommitteerd