close

Metagegevens

Archiefinstelling

Nationaal Archief, Den Haag - NL-HaNA

Toegang

1.04.02 - Verenigde Oostindische Compagnie (VOC)

Inventarisnummer

7940

Volgnummer

0055

Reeksen

152 Verenigde Oostindische Compagnie (VOC)

subdirectory-right

Deel II Kamer Zeeland

subdirectory-right

Deel II/E INGEKOMEN STUKKEN VAN GOUVERNEUR-GENERAAL EN RADEN BIJ DE HEREN XVII EN DE KAMER ZEELAND

Voor een toelichting zie hoofdstuk 3, p. .

subdirectory-right

Deel II/E.5 Kopie-missiven en -rapporten ingekomen bij gouverneur-generaal en raden van de kantoren in Indië

Van ieder kantoor zijn eerst de reeksen kopie-missiven en -rapporten met bijlagen opgenomen. Dikwijls zijn echter ook van de bijlagen aparte reeksen gevormd. Dit is weinig consequent geschied en het is daardoor mogelijk dat stukken die in zo'n reeks bijlagen ontbreken, terug te vinden zijn in de reeks kopie-missiven en -rapporten met bijlagen. Met name bij stukken van na omstreeks 1769 is dit het geval. De oorspronkelijke opzet van de administratie van de kamer Zeeland was blijkbaar de overgekomen brieven en papieren uit Indië geografisch te ordenen en in één band alleen de kopie-missiven van één zelfde kantoor op te nemen. Ook dit systeem is echter verre van consequent volgehouden. Talloze delen bevatten geheel willekeurig stukken van verschillende kantoren. Indien een band kopie-missiven uit twee of meer kantoren bevat, wordt deze band bij dat kantoor vermeld waarvan de stukken het grootste gedeelte van de band innemen, met vermelding van de missiven van andere kantoren. Verwijzing naar banden in andere reeksen vindt plaats door middel van een blanco inventarisnummer (----). Bij de rangschikking van de kantoren is afgeweken van de door de kamer toegepaste volgorde en is die uit de generale missiven van gouverneur-generaal en raden aangehouden

subdirectory-right

Deel II/E.5.05 Ambon

subdirectory-right

7903-7947, 8522 Kopie-missiven en -rapporten ingekomen bij gouverneur-generaal en raden uit Ambon. Met bijlagen

subdirectory-right

7940 1785 juli 12 - okt. 2; dagregister hongitocht, 1784 okt. 28 - dec. 22; bijlagen, 1785 feb. 28 - sep. 15

Rechten

De scans en de transcripties op deze website zijn vrijgegeven als open data onder een CC0 publieke domein verklaring. Op de archiefbeschrijvingen (weergegeven bij de zoekresultaten en onder de knop 'i') kunnen rechten rusten. Neem voor meer informatie contact op met de betreffende archiefinstelling.

closeTerug naar inventaris

Transcriptie

Het grootste deel deeser uijtroeijing heeft bestaan uijt Jonge

spruijtijes van de afgevallene Moernagulen voortgekomen,

want eensdeels door gebrek aan volk, en ten andere door

di

de middele, aangewend worden, de Nagele in tijds niet

alle geplukt kunnende worden, zo schiet. vrij veel tot

Moere en deese afvallende plante zig zelfs voort, welke

uijtvoeging assidu voortgaat.

buijten de gewoone Jaarlijkse Extirpatien beesigd mer

de kinderen in haar vrije schooltijd tot het uijtroeijen

van de jonge Nagel spruijtjes die Zin bosjes van 50: off 100:

voor

opbrengen en daar, eenige duijten buijten Lasten van de

Comp:s worde toegedeelt welke uijtroeijing zo wel in als

buijten de Datijs geschied, vervolgens de verzamelde Par

tij groot zijnde, dan word door de gecommitt=s de Telling

Gedaan, en hier na alles verbrand, zo dat de rapporte

niet wel feijle kunnen, dan met opset, maar dog nie„

mant heeft daar bij voor off nadeel

De laast door Haar Hoog Edelens gemaakte bepaaling der Nagel„

„boomen voor geschreeven bij Hoog dezelver gem: Btief van 19

December 1780: houd in.

200000: vrugtdragendeen

180300: halff wassehen Ionge boomen met Last het op die

lepaaling te houden door Extirpatie van de overtallige

vrugtdragtnde

21

gulen, welke ten deezen Gouvernemen„

„te op ongepermitteerde plaatsen wor

den gevonden en waar van ten bewij„

„zen strekken kan, de quantiteid

van 9435683: boomen, welke op

diverse districten, doch groo

tendeels onder Saparoua zijn

uijtgeroeijd.

wij hebben ter meermalen onse bedug„

„ting te kennen gegeeven, of men op de

rapporten van de extirpateurs wel

volkomen staat konde ma„

ken de bovengemelde bij„

kans ongelooflijke quantitei

boomen zoude onse twijfe

ling vergrooten soo niet

de ministers in hun ant„

woord op onse brief van

7: October 1779: ons het tee

„gendeel te kennen gaven

ten waare zij slechts het

oog hadden gehad op de

extirpatie in de aatijs.

Het is ook daar dat wij de

extirpatien en het bren„

„gen der bomen op de be„

„paling so veel mogelijk

moeten