Transcriptie
is onthoofd.
§ 147:
de Alphoeren hebben vreugde be„
tuijgd over de apprehensie van
Penakahoe.
1148:
zo mede op Maloang
§149
de verdere mede pligtige aan zeeke„
ren moord van Lissibatta gevlugt
59
maatregulen in handen, in zijn Tidorees gewaat; die
bij verhoor bekende met nog drie andere van Lisebat„
„ta handadigt te zijn, aan de noord gepleegd aan den
uijt den dienst ontslagene Corporaal van der Meer
en Burger Cooning / beide als spionne van weegens
den afgaand gouverneur aan Cerams N=r Cust ge=
„dient hebbende/.
Deesen booswigt wierd om Een Exempel te statueeren,
en ten afschrik van andere in een klijne orembaij
geset na zee gebragt en in’t zigt van de Negorij ver=
„volgens onthoofd
Tusschen Nonialij en Lissabatta op Saijme
Verscheenen de Alphoeren van Sapalewa uijt de Negori„
Noekoehaij, Siwili, Salimala, Pesijnaloe en oeuinma„
„loan welke hunne homage deeden en vreugde betuijgden over
de apprehensie van Penakahoe.
Op Maloang was nog grooter schaare deeser Berg vol„
„keren bij een, alle zeer voldaan over het arrest van gem:
Capilijn Sanirij, veele klagten over hem inbrengende en
vaste verseekering doende van het bestendig wel met de
Comp: te zullen meemen
De Lissibatta konde men de mede pligtige aan voorm
moorden niet attrapeeren, wijl deselve na Saleman
gevlugt waaren met alle die den Rebel nog bleeven
toegedaan, en om geen onschuldig bloet met schuldig
te