Transcriptie
67
genoemd te hebben, met voorgeeven dat hij denzelven maar niet
de gecommitteerdens verdagt hield, om de wille den bode Hita„
„visa niet bij hem had willee komen, welk voor geeven hem dor
de Bandase Commissianten infaci wierd beweerd met hem te
overtuigen dat Hitavisa wel degelijk bij hen alle te gelijk
aanboord was geweest:
wordende Fjedder ook nog onderhouden waarom zig in der
Cerammers twist zaken ingewikkeld partijschap getoonden
zig zelfs en de onder hem zijnde 'sComp:s dienaaren in ge„
„waar had gesteld het leeven te verliesen, terwijl den inhoud
zijner instructie daar van niet gewaagde
waar om hij daar hem de schelmstucken van Maaba ook
Kobiaij gen:t gew: orangkaij van P=lo Gisser bekent waren,
denzelven niet in Apprehensie genomen en„e Banda geson„
„den maar met hem in broederlijke vriendschap geleeft en
’s Comp:s wapenen kruijt en Lood &=a aan denzelven verstrekt
had, waar op Fedder niets tot zijn verschoning wist in te
brengen, dan dat hij zeide van gevoele te zijn geweest dat
die apprehensie wel uijtgesteld konde blijven tot de komst der
Ambonse Hongij vloot versoekende voorts vergiffenis van zijne
mislagen onder betuiging door de Cerammers misleid te zijn ge„
„worden; hier op nader gevraagd zijnde, waar den vagebond Maba
nu was; antwoorde hij zulx niet te weeken dog en passant ge„
hoord te hebben dat hij met een klene jonk gevlugt was wij„
„ders wierd hem door de Bandase Commissianten voorgehou„
„den waarom hij volgens de door hem uit dat Gouvernement
ontfangene beveelen niet met hen had willen raadpleegen Ja„
tegen derselver gevoelens aan, de laastste avond nog voor de
komst der Hongij vloot, zig had onderstaan de Negorijen
en
11
en
e