Transcriptie
om vijf uuren kwam mede van zijn Negorij te rug en aan boord den
orangkaij met zijne oudstens van Latoe Hocabboij bij den wel Edele
Gestr: Heer Admiraal zijne op wagting maken en rapport doende dat
alles op zijn Negoryen en aan Cerams binnen Cust in goede ordre
en in vreede was krijgende vervolgens onder een keulse recomman„
datie zijn afscheid om de vloot te verlaten en thuis waards te kee„
ren, scheppende de vloot den wagt door, wanneer men op
Woensdag den Eersten December Des morgens met zons opgang de wegorij
Pamilauw genadert zynde aanboord, kwam dies titulair Radja
Djoenaij Tomagola en orangkaij Alij verseld van eenige oud„
stens die met verlof uit de vloot gedaan en derwaards vertrok
„ken waren Een diep compliment afleggende en den Edelen Heer Admi„
raal verwelkomende met de gelukkige reise tot hier toe, onder te ken„
„ne gave dat hij een fraije wasplaats had laten maken op hoop dat
zijn Edele hier zoude Baden, het welk zijn Edele hem te kennen
gegeven hebbende van Jntentie te zijn, ging gemelde orang kaij
op bekomen verlof voorruit na Land en hiet de vloot om half se„
„ven uuren op het gewoone ziin de dregge voor de negorij toegaan
op vijf raam schoone grond
omtrent seeven uuren ging den wel Edele Gestr: Heer Admiraal
met de Hongij vrienden aan Land om te Baden waar na de we„
„gorij bezigting en in een zindelijke staat bevonden hebbende zijn
Edele niet Hoogst desselfs geselschap weeder aanboord van de Cortor„
„re Bonoa retourneerde alwaar den gem: orangkaij meede gekomen
zijnde, hem op zijn versoek een sas wierd verleent voor een en Jening
van Pamilauw op per Jonk beladen mit Pinang en Clappus &=a na
Banda te varen, en wierd Ernstig aangespoord den smallen handel
op dat Gouvernement leevendig te houden mitsg:s bij haar betoonde
trouwe te volharde ten einde Een gelukkig Landen volk te bezit„
„ten, hier na eenige goede glaasen wijn genuttigt hebbende, keerden Z:
ops
2„