den vertier den verties

in 5: Jaren in ’t boek

door den Jaar de

anderen A„o 178 2/5

ld: 94646:¾. 10707:lb

N: 6897 7/8:

1224.l

2512 1/8:

235½.

10:

p:s:

6:—„

—: „

1:„

–:„

324:„

52:—

„

6:

1:„

„

13:„

17:

„

40:

2:

„

2:

„

31

46:

„

57:

6:„

„

5:

„

4: —

„

25:

3: „

„

12:

9:„

„

35:

2:„

„

54:

6:

„

8:

3:

„

14:

„

4:—

p=r

20:

p:s

2.

1: „

9:

1:„

„

40.„

10:

p:

9:„

3: „

„ 928:

159:

Restant

onder

primo

dezek

20282„

2415:

846:1/8:

12:„

1:

7:

5:

46:

3:

16:

19:

6:

9:„

1:

8:

4:

5„

1: —

7:

11½

26 in z:

5:

50:

4:„

223:

Eijsch

voor

anno

—

1786

lb:

30000

ijzer in zoort aan staven teweten.

5000: lb: van 5: d:m breed platte voor ’t bestaan der affuijten van ’t swaa„

Canon ten uijtterste benodigt. -

6000: „ „ 2: „ „ platte

5000: „ „ 1: „ „ vierkant

4000: „ „ —¾. „ „ Platte

4000: „ „ —½: „ „

6000: „ „ —¼: „ „ vierkant

30000. lb: Tezamen.

1000.

lb: ijzer aan hoepels

staal

„

500:

2:–. p:s Inij ijzers met haar toppen groote, waar onder 1: tot ’t maken

van Haart schroeven voor snaphaan lopen ten hoogsten benoodigt

4:

„

snij messen voor de boekebinders

1:„

=

pers

300:

Boor ijzers in zoort

„

12:- „

Slok Schaven met dies bijtelo

50:-. „

kerf bijlen Timmermans

50: „

arm vijlen

12:- p=ren Bookschaven

50:- p:s Timmermans dissels

40. „

Gudjes en vermoortjes

12:„ „

Passers koopere met staale puncten

12:

_=o ijzere

„

8.

„

spaij zaagen

Hand_=o

12.

„

40:

„

kant beitels

40:„

steek:

„

d=

8:: „

kraan zaagen

12:

„

spijkers hamers

6:: p=r Ploegschaven

6:- p:s Pompschulpen van 2½ : en 3½. duim

6:„ „ Nijptangen

22:. „ Avegaars in zoort; als.

6: p:s van 1: duum

6: „ „ 1½: „

4: „ „ —¾: „

—

6: „ —½:

4:- p:s Handschroeven groote

500:

„

vijlen in zoort; als

125: p:s groote platte

90: „ d„o halve ronde in zoort

60: „ kleene Platte

100: „ Driekante groote

78: „

_=

kleene

10: „

zoet

12:

„

stroo

5: „

Ruijm

20: „ zaag

500: p:s te zamen . -

verte: