Transcriptie
die ongeagt alle aangewende moeijte, niet willen opneemen:
blijkens de op den 4: febr: a p=o gehouden Conferentie met de Jn„
„landsche Hoofden en ’t zeedert bedeelde aan Hun Hoog Edelens
bij brief van 30 September daar aan, waar uijt dan teffens Con„
Hteert dat den Gouverneur om de voortplantinge te animeeren
eene premie heeft uijtgeloofd, schoon niet teegenstaande het
getal van het voorige Jaar maar met 62: boomen was ver„
„meerdert
men mag dienvolgende wel zeeker stellen dat de Maar„
„schappij het gemis van Nooten en foelij nn reets een geruy=
men tijd in Banda, geleeden uit de Ambonse aan plantm=
gen nimmer vergoed zal krijgen of schoon de met zoo
veel nadrik aan den Jnlander gegeevene verzeekering
dat hij van zijne aan te wendene zorge en arbeid een besten=
„dig genot staat te erlangen
5 15
148.
wezagen, omtrent de Nagul gewas
„sen heeft plaats gehad hebben wij tot
ons leetweesen ten aanzien der
Noote boomen ondervonden, alzoo
van de in den Jaare 1782: gepootte
3000 Nooten wel 1100: Spruijten
waaren voortgekomen maar die
de hitte tot op 72: na weder had doen
verdorren zijnde het getal, zo der
vrugtdragende als Halfwassene
en Jonge Boomen laatst groot
geweest 1539: boomen in ’t geheel.
Daar scheint mitsdien voor als
nog zich weinig hoop op te doen
dat het gemist welke de Maat„
schappij nu reeds een geruijmen
tijd in haare inzamelingen
van Nooten en Foelij op Banda
geleeden heeft door de Noote ge„
wasschen van deese Provincie
zal kunnen vergoed worden,
en naar dien men oordeeld
dat in allen geval het zelve oog=
„merk niet te bereiken zal zijn
in dien omen aan den Jnlander
geen verzeekering geeft dat hij van
zijne