closeTerug naar inventaris

Transcriptie

224

bezoek te gaan geeven, het welke is van zo een goed succes geweest, dat ik het

geluk gehad hebbe de Benting te overompelen, en twintig Mans van hun

in de pan gehakt hebbe, van onze Alfoeren geveetig waren om de koppen

uijt te deelen.

Ik heb mijn uijterste best gedaan om die Pelakahoe daar in het net te

krijgen, maar hij is een van de eerste geweest, die zig met de vlugt gesalveert

heeft, maar zijn tweede stem, genaamd de Capitain Coroa, en twie Capitains

van Mariono zijn onder het getal van die twintig gebleeven, en na de bin„

ting omvergeworpen, en de huijsen in de brand gestoken hebbende, heb ik

daar 4: Boelies met varsche gedroogde Nagulen, gevonden, die ik uwel

Edele Gestr: overzende met deese door den Capitain van Sepa ge=

naamt Tika

Ik ben thans beezig om te onderzoeken waar die rebel aan die specerij

komt het welke mij een paarig gezegd is, van den Radja van Sawaij

den orangkaija van Hatoewe en Bessij, en alle de Alfoeren; dat zij

dezelve gaan plukken op de kant van Noniali en dezelve trokkee„

ren met de Cerammers teegens Schildpadden, karet en Leijnwaat

en dat het de reeden is, dat de Lissabatters en Passancas hunne Negorij

alhier verlaaten hebben, om des te meer in staat te zijn, die Morse han„

del te drijven, door dien dat zij ver van deese Post afgeleegen zijn.

In Conformiteit van u wel Edele Gestr: zeer dierbaare en hoog gevespec=

teerde ordre, omtrent de Negorij Lissabatta en Numali die ik uwel Edele

Gestr: daar van een klein Relaas gegeeven hebbe en voornamentlijk van

den orangkaije van het eerstgem: die eerst kortelings van Manipa gere„

tourneert, na aan den Resident verslag gedaan te hebben, van Noekoes

aankomst op zijn Negory, en mij van den bovengem: Resident een Comp:s Mis=

sive door de Alfoer laten behandigen, en zig niet eens verwaardig heeft

om bij mij te komen.

Aangaande van zijn gedrag dit is zeer slegt want met uwel Ed: Gestraan=

komst in deeze Contrije, heeft hij een Prauw aangelast met een Man en

een vrouw van Amblauw, die van de Papoe gevlugt waren, om dezelve te

vermoorden en te plunderen, maar hij is dapper van den bovengem: Am„

blauw terug geslagen, met bijlating van zijn Comp rotting en een snap„

haan, en op Amboina aan uwel Ed Gestr: gerapporteerd heeft als dat

hij door de Papoe was geslagen, en dat de Papoe zijn rotting en

kleeding