Transcriptie
109
versogt, vervolgens in zijne debile Lichaams constitu„
tie toegenomen een seedent overleeden is; waaromme
wij die Lieden, ter bevestiging in hunne diensten, ander
maal aan de goedwilligheijd uwer Hoog Ede„
verzoek om de bevestiging in gemelde
hunne diensten
„lens reverent voordragen.—
§ 244:
Het zij ons verder vergund in, eerbied te mogen bedee„
de remarque H: H: Ed: dat het getal
dienaanen 53: zoude te boven: gaan.
„len nopens uw Hoog Edelens remarque, dat het
getal van gagie winnende Dienaaren met 53: Zoude
te boven gaan; met Last, dat de overtollige moeten
afgedankt worden; dat nen hier geene overtollige
Dienaaren heeft als die, welke voor Banda„
in dienst genomen en derwaards verzonden zijn. —
onen heeft hier geene overtollige, dan
die voor Banda en dienst wacen
§ 245 uw Hoog Edelens nog gelievende aanterner„
remarque H: H: Ed: dat 'er 6: vandrig.
„ken dat, dewijl hier nog ses vaandrigs in weesen zijn
in weezen zijn en dus rest
worde geslagen op d:e voorgedragene,
en er dus aan de bepaaling by t Reglement geene
ontbreeken; mitsgaders dat Hoogst Dezelve om
die reeden geen reflexie hebben konnen Slaan op de„
versoeken van Overbeek, Boldrig An
„dre en Lange, vinden we ons verplicht in eer„
„biedig antwoord toe te passen.—
Dat het Gemis van den Luijtenant Dresber, de
§ 246
Dicker g huisender overleeden
n
Schuts na Banda zijnde
dood van den vaandrig Heusinger en het
vertrek van den vaandrig Schuts naar Banda,
oorsaak is, dat ser maar Een Luijtenant en vijff
vaandrigs