Transcriptie
Van Timor den 5:en Iunij 1695.
bij elff hier nevensgaande verklaringen dierwegens
belegt Consteert, en niet tegenstaende hij voor gecommitt„
als mede in rade voorgeeft, iets vant gepasseerde
te weten, zoo blykt nogtans uijt nevens gaande
xtract van de gehoude notulen hi geheel redevabrt
valt, als waeromme als ter oorsake desselfs dagel.
dronkenschap zodanigen persoon in dit kleijne
guarnitoentje (uijt vrese van eenig ongemak
die daer uijt zoude mogen ontstaen) geen wagt
dervende aen vertrouwen, wij willen hopen
uEd: ons desselfs opsending niet qualijk sult gelieven
aff te nemen
Behalven voor aengeroerde serg.t rippol en soed.t
Hoost van hoff zijn nog mede van hier vermits tijde
Expiratie en inpotenth:t) verlost vier soldaten,
zoo dat tot dato deses nog 66. loontreckende dienaren
in dit Territoir bescheijden blijven, en waer van de
Monstiering op Ult.o Iunij aanstaande te geschieden
staet, welkers bevindinge uEd: p.r de vrije vaert.
met onse laeste advijsen sal toegesonden werden
tusschen dese Comp. bontgenoten, en d'ammarassiers,
blijven d’ onderlinge moeskopperyen nog als voren
Continueren, gelijk de bulbanesen op rottij mede
nog in haren wrevel, en afvalligh.t volharden
alderlastigts vallende de negorij Carbaffa
welkers regenten in dato 15. april hier aengekomen
wesende
wat volk vorder van
hier versokis
d’ moeskopperijen tusschen
Comp.s bontgeneten, en ama„
„rassiers blijven nog al Con„
„tinueren, gel: de bulbanesen
rebellen ’t Eijland rotti
mede nog in allarm
houden
27.