Transcriptie
11.
Van Macassar den 20:n Maij 1695.
komen, zulx afgestenn en besloten, het pompen te
Continueren, met het scheepsvock, ende hulp
van vier huurlingen, met 4. paer ketting boeven.
dit duurde tot den 26. december, wanneer, bij
resolutie van dien dag, en ook ter vergaderinge,
vanden 28. d:o mits de toenemende leckheijt,
verscheijdene voorslagen gedaen en verhandelt,
zijnde, men eindelijk bij raets besluijt van den 2.
Januarij (uijt vrese, dat het schip op de rhede
souw weg sinken, terwijl er geen middelen tot
behout meer overig, waren) heeft moeten resolveren, eyndel tegens de wal
geset
sselve aent Eijland zeij leij, tegens de wal te setten
gelijk aenstonts geschiet is, wesende vervolgens
gelost, onttakeli en
gesloopt
ten spoedigste ontlost vande provisie en d'andere
scheeps behoeften en gereetschappen; voorts tstaende
en lopent want ontakele trondhou (behalven de
grote mast, die 'teenemael vergaen was) geligt,
de Combuijs vanCoper en ijser gesloopt, en de
blote romp bij vendite voor 300. rd:s verkost,
gelijk naderhand, nog diverse rommeling en prullen ler wraken partij rom
„muling bij venditie
die oud, afgesleten, en van kleen off weijnig
verkost
gebruijk waren, ook bij venditie verkost zijn,
waeroff nog 472½ rd:s geprocedeert is, zulx dat
provenu van 772½ rd.s afgetrocken de nodige
Ongelden van 6 2/¾ rd.s aen ’t Comtoir generael
behoorl.