43.

Van Macassar 20. Maij 1695.

aenbesteding van

3. rd:s 't duijsemt in genoegsame quantiteijt te bekomen

metselstenen en kalk

daer aff'er voor aff 30. Ø: tot even gemelte prijs

aenbesteet zijn, zoo ook een kalk over vam 20.

Sademen Jieder vadem van ses rijnlandse voeten)

aefsonneling van hout en

nu vierkamt voor 120. rd.s terwijl 'er met de drie

steen, tot nog 2. kalkovers

aenwesende pantchallangs en matrosen, ook

gevigileert werd, met het versamelen van hout

en steen, tot het verbranden van nog twee diergelj

tsuccessive werk der

kalkovens. de metselaers zijn middelerwijl gebruijt

messelaers

tet diverse nodige reparatien zoo aende fortificatie

als pakhuijsen en wooningen deses Casteels, met

de kalkdiemen onder de ingesetenen, hoewel wat

duur heeft konnen te konnen tekoop krijgen, de

Timmerlieden hebben werk genoeg gevonden, aende

een hegt solder tot ber

sloepen en vaertuijgen, ook de pakhuijsen, Corps

ging der saleijers.n

duguardes, affuijten, schilderhuijsen, en diergel

bastloud

nodige diensten speciael ook een doorgaende regte

vliering, boven de Corps duguarde bij suijden

de waterpoert deses Casteels volgens rrads

besluijt van p.mo april, tot Segure berging der

saleijerse basthoud. sullende het genoteerde ter

voors. resolutie en’t dagregister onder 3.' Maert

gevaer van brand

bevorens toonen, inwat gevaer van brand, dit

door vuur inde loud

Casteel gestaen heeft, door een vouk vuur

geraekt

(onseker hoe) ten dage voormelt, ind. land

geraekt