Transcriptie
57.
Van Macassar den 30. Junij 1695.
dat zijne 4. kinderen ook inde vesting geburgen
waren, dog een Ennael daerna off den 3. Courant
—nootnagelschrijft
ontfingen wij de brieff vanden resid.t noomagel
gedateert 24. Maij, waer uijt als het mondeling
witbooms verhael
verhael vanden opperstierman Simon witboom
gesaghebber op het Iagje de wildschut, hetvoors.
relaes Compendieus getrocken is. Ende hoewel
d.o Noomagel bij voors.z zijnen brieff conjectureerde
vrees van Tamboras
dat den Tamborees die nederlaag op ’t uijtterste
revengie
soude soeken te renwengeren, en hun na den
eersten weder bij te komen, zoo heeft het gevolg
geleerd, dat den vijand, met dese ene gevoelige
neep, zoo gehavent is, dat hem de lust tot revengie namaels verijdelt
t eenemael is overgegaen, Immers heeft hij sedert
dien tijd tot den 21.en Courant geen offencive actien
meer ondernomen, maer sig weder na zijn
woonplaets begeven, mogelijk om voortaen maer op
beweert zijn woonplaets
zijn verwering te letten, terwijl hij met het
uijtvrest van sijn
attacqueren onser vesting, de EComp.e daermede
nasmart
gehoond en den Oorlog aengedaen hebbende, ook wel
staet makenkon, dat het daerbij niet soude laten
berusten. Immers soofs het bij ons begrepen, —
vermits wij bij onsen laesten brieff vanden 20.
Maij pass.o oordeelden, voor de gemene zake
ons