97

Van Macassar den 26:' Julij 1695.

bescheijden posikomenkon.

daertegens dicteerd de brieff van den voors.

noodnagel ten merendeelen niet anders dan blauwe

desselfs excuse en

uijtvlugten, over zijne negligentie, en versoek van pretext van siekte &a

Exeute op pretex van ziekte, en veele besigheden,

klaagt dat hij gebrameert werd, en beloofde

.

beterschap

Wij hebben t onser vergaderinge den 20. deser, na’t

tesen der voors. brieven, en resumtie der bijlagen

raadsaemsi geoordeelt, te persisteren, bij't voorschrift

der Instructie voorgem: luijtenant, om daer in

Loco te overleggen, wat best en raadsaemst bij der

hand genomen dientetc. ook vastgestelt, zoo dra

de mortier op biema

de wildschut weder reisvaerdig is, daermede

gevord.e gaet over met

stal en bommen

over tesenden, de gevorderde mortier, met de stael„

bommen en verder toebehorin, off die daer

—

inder tijd te stade komen mogt, nevens den

gelijk ook den Constakt

Constabel off vuurwerkmaker Christoffel smikh,

en vuurwerkmaker

Christoffel smith

die hier volgens uEd: recommandatie zed.t zijn

aanwesen, met klene genegenth.t den dienst van

serg.t waergenomen heeft, voorts is verstaen, den

pomnelikan zijn diense

Jnspecten Crainpomnelikan, zoo hij zijn dienst aen

aen de onse presenteerde

de onse quame te presenteren, met een dilaijerend

affteslaen, met beleefth.

antw: beleefdelijk aff te kanen, om hem metharde

afwijsing geen besluijt te doen nemen, de tijde

van den Tamboresen vijand te kissen. Ook den

boekhouder