95.

107

Van Macassar onder dato 26:' Iulij 1695. —

tegens den verdrucker te beschermen, en dat

om die heden ruijm vier maenden verleden, een

magtige besetting op biema geplaetse was, werw.

de verdrukte bondgenoten hun toevlugt genomen

hadden, en datmen doenmaels nog van gedagten

was, dat radja Tambora, tot inkeer sou gekomen,

often minsten zig gehoed hebben, tegen de E.

Comp.s eenige seijtelijkheden aen te vangen, dog

dat hij in tegendeel, des gouv.rs brieff smadelijk

afgewesen, en Comp.s vosting vijandelijk aengetast

hadde, sulx men had moeten besluijten, een groter

magt na biema te schicken &.a Eijndelijk seijde

den gouv.r bij aldien zijn hoogh.t eenige

andere redenen bekent waren, waerom radja

Tambora desen oorlog hadde aengevangen, dat

zijn hoogh.t daer van belufde opening te doen.

dese werden wel net gemelt, maer zijn hoogh.t

zeijde, dan de Comp. radja Tambora te grroot

gemaekt hadde. dog den gawv.r allegeerde

hier op, daer aff geen kennisse, maer wel verstaen

te hebben, dat Cambora can ouds onder dompo

gesorteert heeft, maer dat het selve ten tijde den

oorlog op 't land sumbawa ontrent 20. Iaren

verleden, als een vrij rijk Erkend en gestelt

wierd, om dat den Tamborees, eerst tot de

EComp.