117

Van Macassar 27:'n Augo 1695.

de overgeblevent goederen van het afgeleijde schip de met zodanige Equipagie

goederen van de visserij

grote visscherij, die ons hier niet te stade konde konn

als in desen gespecific.

zoo van ankers entouwen, als zeijlen en zoudh.t,

ende zodanige goederen meer, als op tslot deses

sullen gespecificeert werden. het scheepsvolk,

het daerop varentvolk

was meest ziek, dog nu

was ten merendele siek en inpotent, welke nu herstel en

weder ververst en gereconvaliteert zijn, behalven

twee matrosen overleden

twee matrosen in Ons hospitael overleden:

terwijl wij nu voorts na pligt (om gemelte

fluijtschip te depescheren) uEd: het nodige sullen het nodigste werd berijt

en de rest uijtgestelte

berigten, en de rese, met het promte antwoord, op

uEd. successive ontfangene brieven tot nader

Occagie uijtgestelt laten

p.mo deser de wileschut na

het Iagje de wildschut, was dan, Conform het geno„

biema gedepescheert

voor de tweede mael

teerde, bij voors.n onsen Iongsten brieff, eijndelijk p.m

te rug

deser weder na biema gedepescheert in hope

terwijl het nu met zand vrij stijff geballakt was, don

het de reijse met minder ramp en meerderspar

soude voltrecken, dog 'tselve wierd buijten de hoek

door grote rankheijt

van Tannekeke gekomen zijnde, nog al even

rank bevonden, schoon zij het Canon, en’t daaglijx

anker in’t ruijm geborgen hadden, en evenwel

met d’ onderseijlen het eer souden hebben omgeseijlt,

en Contrarie winden

als met de felle Z:r O: winden, eenig voordeel

vand Z: O:

te doen; zulx den gesagheber met de scheeps raad

hebben