127

Van Macassar 27:n Aug=o: 1695.

van. 26 Iulij aan uEd: geciteert, Insonderh.r, bij

aldien hij volgens toesegging, bij de voornoemde

brieff van den Luijten: vander schuur en den raad,

benevens de hulptropen

in dato 27. d.o ma de hulptroepen van sumbawa

van sumbawa

te gelijk by d’ onse verschijnen mogt, wanneer hij

buijten openbaer affrom, niet aff te wijsen zon zijn;

hoewel wi ook gissen, dat het hem en de zijne, niet

soo seer uijt liefde tot de EComp. en de verdruct

die ’t meest om den buijt

tedoen is

bondgenoten, als wel omde buijt te doen is, om dat

Tambora boven zijn Eijgenschatten, ook de meeste

der bondgenoten door den rooffbeza en die tesamen

in’t nest van Tahaloe gesleept heeft: buijten andere

en poinelikan apparent

Consideratien, die wij over voorsz. poinelikan

amsig weder in Comp

hebben, omsig daer door bij de EComp. weder in gunst in te wickelen

gunst in te wickelen &.a terwijl wij voorts alles

aen het na der overleg en goetvinden van den voors.

Luijtenant en raad gedefereert laten

hebbende wij tot dat besluijt te eerder moeten

waerom tot di besluijt

treden, omdat wij niet zien konnen, dat wy voor

getreden is

eerst van radja bonij eenige assistentie te verwagten

hebben: want gelijk wij bij ons laaste schrijven,

relatieff tot het bijgevoegde Concept dagregister

vanden 21. Iulij noteerden, dat zijn Hoogh.t het

voorstel en versoet om assistentie in beraad nam„

blijkt uijt de verhandeling

tot de naeste conferentie, zoo was den gouv.r na

vanden gouv.r met radja

bonij in vervolg

de verhandeling van saken den 12.' deser met

zijn