Transcriptie
174.
Van Macassar den 23. Septemb:r 1695
te berigten, dat aan derselver hoofden aroe Caffiaha
ammonitien en geschenk
en auro goero Toedjama-at, voormelt versterkt is
aande krijgs dversten
van boni
400. lb. buskruijt, en 6000. musquet en roer kogels,
boven 15. lb. stael, om hun geweis te repareren,
waernevens den gouv. liet voegen twee fijne maphanen
in geschenk aand.o hoofden, die hun uijt zijn E.
naam, in presentie van radja bonij overhandigt zijn
en waermede zij bijsonder in hun schik waren,
betuygende onder danksegging, die voor de
welstand vande EComp.e int rijk bonij te sullen
gebruijken: zij quamen den 16. deser onder 'tgeleijde
vande eerste Coninginne int Casteel bij den
hun afscheijden ordre
gouv.r atscheijt nemen: hebbende peciaele ordre
van radja bonij, on den luytenant vander schuur
die des gouv.rs plaets beklede, als hun opperhooft
t' erkennen: gelijk zijn E: dan ook bewerkt
heeft, dat zij (eer hur overkomst tot siema
rugtbaer werd) een assault zullen ondernemen op
des vijants zee plaetsen Catoepat, off Caloukon, om
derselver vaert. te vermeesteren off te auneren, om
te beletten, dat zij met vant land en nabalij vlugten
van waer zij inder tijd nog groter overlast souden
konnen doen, 't geen zoo na ’t oogmerk succederende
hopen wij op een verdere goede en victorieusen
uyjtslag.
Iijzijn dan na minnelijk onthael onder vermaning
nietsgs- vertrek om na
en belofte van dapperheijt en trouwe, den 17. deser
Sumbawa over te
steken
smorgens vroeg met hun gevolg, na de zuijdkand
deses