Transcriptie
176.
Van Macassar den 23=e Septemb 1695.
siekte en sterfte onder ons volk, buijten andere rampen
en toevallen, die men niet voorsien kan, invoegen wij
als nog Eerbiedig persisteren, bij tversoek om een spoedig
recreut van volk en schepen, in onsen laesten brieff
nader versoek om assistentie
vanden 27. aug.o gedaen, om zoo 'tgebeurde, dat
na onsen wensch den oorlog mud'lerwijl tot een spoedig
eijnde raekte, daer aff op uE goevvinden en te
gevene ordre, verder besending nade ooster
gouvernementen te konnen doen, en met de eerste
besending te verlossen de militairen, die mits tijds
Expiratie daerom versoeken sullen
Ons is uijt particulier berigt van Iapara den 29.
berigt van twee verdrevenen
patchallangs
aug.o per den vrijstuurman Leendert veerman aanged.t
ter kennisse gecomen, dat onse twee patchallangs
de Cabeljauw en stompneus, ten oorloge na biema
toegerust, verdreven en successive tot Iapara waren
aengekomen, daer d eene afgeleid en d’ andere voorts
na batavia gesonden was: zulx wij buijten ’t ongerifff,
daermede ook van 22. zeevarende koppen en ons
bestevolk ontsech zijn, die andersints als door gaans
aan de hand, in tijd van ongelegenth.t tot
bosschieter op de pointen deses Casteels zoude moeten
gebruijkt werden, invoegen wij genoodsaect
zijn uEd.e te Ernstiger te versoeken, om 'tvermiste
versoek om matrosen
getal zeevarende en bosschieters, en de twee bemande
bosschieters
Patchall., op onsen eersten principalen Eijsch gemelt;
en voorts ordre hoedanig wi sullen hebben te
handelen