Transcriptie
4.
Van Macassar den 25:en Iunij 1695.
—
laten maken, daer aff ik den p:l Luijten: Pieterscipian
(die in fed: de commissie nopende mijn aenlanding
alhier opgedragen was) belast hadde, sooveel
doenlijk inspectie te nemen, die mij ook mondeling
berigte, die fortificatie van geen belang te zijn
van geen belang
bevonden
als maer vom lofse sienen borstweringe wijse
opgestelt, dog dat het water daerom her lopende,
de plaets sterkmmaekte, alsoo het rondom met
dog het water en de
defilees maken de
gegravene vijvers, en alsulx met veel de filees
plaets sterk
en gebroken land beserwas, even zoo is het om en
Ontrent bontuale gestelt, sonder datmen daerom
radja bonij off de zijne, vanwantrouw tegens de
E. Comp.e soude moeten suspecteren; het tegendeel
„voorvallen
en hare bijsondere toegenegenth.t, beinkt in alle„
sugten genegenth:t der uijt: selfs de voornaemste grooten werden in
bonijse groten tot de
verwijderinge hunnes gemoets verrukt, als sij hun
EComp.
sugt en liefde tot de EComp.e betuijgende, ook toeseg„
„ging Erlangen dat de EComp. van hare gevrouwigh.t,
als hare ware dienaren versekert is, en haer
daer voor ook altoos erkent heeft: gelijk bij de
Particuliere Conferentie met mij op den 2. april
Passado Cosisteerde soo als hat onder dien datum
nu dagregister aengetekent staet. Immers
meijn ik uEd: Ho: agtb: uijt alle voorvallen te
konnen versekeren, dat de EComp:e geen
bekommeringt