12.

seclusie der maca

haren van 'tEijlom

sumbouva

is verijdelt en Caduc

geworden

door het uijttrouwen

van macassaerse

princesser

txempel candompo

en gelijke proetijk

’t hoff canbonij

bi

Van Macassar 25. Iunij 1695.

Bonij met zijn sentinent soude hebben geconrur„

reerd, om de zaek mits het hoog belang en 'voor„

sien gevolg, dan niet meerder glimp en

Luijster na ’t oogmerk te dirigeren. uEd: spreken

heel gefondeerd dat de bondgenoten, buijten radja

bonij, niet gequalificeerd waren, om over de

saek in questie te disponeren, dewijlse insonderh.t

de macassaren, bijd' Contracten, van alle gemeen

„schap, selfs de frequentatie van’t Eijland.

Sumbawa waren gesecludeerd, maer de tijd heeft

dat bedontjen point: teenemael verijden, en

Caduc gestelt, alsoo de macassaren, even of se

bijt france hof hadden school gelegen, sedert

die list hebben gebruijkt, om haer dogters van

staet aende Coningen en princen van’t Eijland

sumbawa uijt te trouwen, en daer door in

haer armoede, niet alleen hun staet en

glorie te sustenteren, maer ook haer intrignes bij

d.o Coningen te bewerken. want ware de vermoorde

Coninginne van dompo geen Maccassaerse

princes geweest, en haer voorsoon damn

Malalongan uijt geen macassaerse Extractie,

decelwbese Coningen souden hun voor die sake

zoo niet hebben geprostitueerd. wesende deselve

loosheijt der macassaren ook gebruijkt, ontrent

het hof van bonij, met hun voorname dogters

aende