36.

Van Ternaten onder dato 10.' Julij 1695.

'tsoek geraekt, die wij presumeren, alsoo 'dr geen

Prauwen aenboord geweest waren, in stilheit na

land geswommen te wesen, zonder dat hun eenige

redenen van misnoeginge gegeven, maer in tegendeel

altijd vriendelijk en minsaem getracteert

geworden zijn

Eijnsdag 15. d:o smorgens souden wij onsen Corp.l panhuijs na land,

ten eijnde op alle negorijen te vernemen, off de twee

gevlugte laloegers niet te vinden waren, dog desen

des avonts wederkomende, berigte ons, dan hij alomme

belast hadde voors: vlugtelingen op tesoeken en ons

weder aanboort te leveren zonder dat iet van haer

te hooren quam, en zijn deselve alsoo aan dat Eijland

verbleven

Woensdag 16. d:o

donderd

17. d.o smorgens gingen wij wederom onder zeijl

en stelden onte Coers na Ternaten

18. desen dag waren wij tot Laloda geavanceert, en

Vrijdag

liepen de halmaheerso wal langs, komende des avonts

ten klocke 10. uuren op de rhede van Ternaten

de heere zij gedankt geluckelijk te arriveren

(onderstont) Ternaten in't Casteel Orangie den 19.

februarij 1695. was getekent David Haek en

barend brouwer

Rapport gedaen aen den E Heer

Cornelis vander duijn, gouv.r en directeur

der Moluccos, door den Coopman en fiscael

Jacob Caes en Ondercoopman en Secretaris

Pieter