closeTerug naar inventaris

Transcriptie

120.

den 50. van dauw

daer over doet zijn

blijdschap blijken

Van Ternaten october 1695.

poogde te versekeren, dat het selve tot bevordering

van rust, en vrede soude strecken Ed: groot agtb.

Eeren wij hebben dese aanstelling nader overwogen,

maer geen reden konnen vinden om deselve te

dis approberen, alsoo daer uijt geen de minste swarigh:t

konnen voorsien, daer in tegendeel bij aldien desen

salane in't geheel was voorbij gegaen, al te grote

Misnoegen, onder de gene welke van zijn aanhang

waren soude geven, en mits dien de grond gelegt is,

om deen off d’ ander tijd eenige bewegingen ten nadele

vanden nieuw aangestelden regent, die verklaert

heeft, sig nu vrij beter op boelang itang versekert

te houden, te maken, den prince Manrits binankal

Coning van dauw en met hem den Cap:n lant

Lete voor henen eenige swarigheijt gemaekt

hebbende inde verheffinge van meergemelte prins

willem tot regent van boelang itang, uijt hoofde

gen. salane sig al een grote aanhang hadde gem.t

siende dat alles ten besten quamte schicken, heeft

deswegen zijn blijdschap en vernoeginge Aan onsen

gecommitt: vertoond, en versogt VHoEd: wegens dese

keur, ten voordele van zijn broeders soone gedaen

te bedanken, onder vertoninge dat zijn bobatos

hem alvoorlange hadden vermoeijlijkt, en aangemaent

verscheijde pretentien, die hij op en tegens de boelang

vtangers was vermogens te fonderen, te maken,

om dus doende eenige landen, die dese reg. zig

hadde aangetrocken, weder onder dauw te brengen

dog dat zijn hoogh.t die met dat voornemen alwas

aangedaen

B30