Transcriptie
30
Van Cheribon onder dato 8„e Maart 1708.
met de Landen en negorgen daar toespecteerende, aande mele princen regenten
de patty anum en area cheribon, mitsgrs: van de 800: huijsgesinnen van Canoanant
de helvte ofte 400: d=o bemebebens de sanden in negorijen die daar toe gehooren
ander pangering Consonma, ten behoeve van de Iouge dornderganige prnem
datou en guwtij sal overgeven, en deselve van heden af Laten daarse van
outs gewelst zijn, sonder dat sig den prince den panambagan, ofte den pangerang
Coussomma qq sig tegens dese verdering, als door de princen mede regenten
depatty ammmn, en area cherison ompartijdig beraamt, ende gemaakt, eenigen voese
Zillen aankanten, maar sie daar aan ten vellen gedraagen Ievoegen als den princce
_=os
den panambahan van de voorm: dov: huijsgesinnen van Coobapoan en 400:
van Camoman, mee den aanheeven van dien bij desen met gewoegen betuijgt te desisteren
en Volkomen aet te staan
Zn daaren tegen of in vergoeding der selve sig te vreden en vergenoegt te houden
met de 600: huijsgesunen van de tommogomns Niti raga en Wierat marka, als die
de heere Commissaris Cnol, met genegenth:d en Inwalliginge van den pangerang
area Cheriben (onder waiens toesigt dese als de priangse Landen thans Jonteeren)
aan den
C