Transcriptie
37
Van Banda Den 31: Maet 1733.
de 4. steentjes die door de
Capitain van Limbotto Poloo
genaamt aen den secretaris
Beseler waaren ter hane
gesteld en gevonden wierden
in de aarde daar men het
goud soekt volgens het geen
de ministers daar van
hebben genoteerd in haren
briev van 20. Junij 1729. ’t geen
wi bij gelegentheit als nog
sullen verwagten verders
zal den resident hebbens
zijn devoir moeten aanwen„
„den om geduerende zin
verblijf het restant der
schulden van de koningjes
aldaar inte vorderen en met
alle vegelantie het goud
soeken mitsgaders den in
koop van Caret en Padij
doen voortgang hebben.
Wij bedanken den Heer
gouverneur Generaal
en den Raad ordinaris
Westwalun voor het berigt
dat bij een appart briefje
wegens den toestand deser
sake aen ons hebben gegeven
waar omtrent wy geen
andere Consideratien heb
„ben dan dat men onses
bedunkens geen swarigh:t
behoefd te maken om
goud