Transcriptie
257
Van Banda onder dato 31:' Maij 1733:
(:ter zijde:/ Banda Nassauw
den 23:' december A:o 1732.
Rosingain
Aan Jan Hendrik Reggers
Sergiant Commandant
aldaar
Canhafte Vrouw
Jn reschriptie op uE: brievjes van
den 12:' en 21:' deser dient dat mij uijt
het eerst gen:de is komen te blyken den
onderkoopman en ondersteld hoofd
tot wayjer Mons„r Louis welman
ul: een last rijst in nakoming mijner
gegevene ordre toegebragd heeft en uijt
het laast gen:e ul: met t breken van
steenen tot de kalk over, gedaen werk
gekragen had en deselve om in de
bram gestoken tekonnen werden, klae
was het gunt voor soo verre wel is
maar ik kan mij niet begrijpen waer
om ul: deselve met dit mooij en stil
wer niet in de brond gestoken heeft
en dat ul: mijn qualificatie om sula
te doen komt te versoeken daar ik
ul: bij brievje van den 11.e deser
genoegsaam