Van Banda onder dato 31:' Maij 1733

MManhafte Vroome

met de terug komst van de pantchial

ding D' kraai hebbe ik ontfangen uE:

briefje van den 14:' deser waar op tot

antwoord segge dat ul: ter woedigsten

een doen voor de kalk over sult

moelen laten leggen ten eijnde daardoor

het weg spoelen van kalk bij aenvloed

van waar het welke in dese en in de

aanstaande naare op het hoogste is

te beletten ul: sal ook verdagt moeten

zijn het werk met de aanhanden

zijnde arbeijders gaende te houden dewyl

r alhier geene temissen zijn werdende

ul: thans toegesonden insteede van den

overledene zold:t Jan groothuijs den

mede d:o frans Marihant om dienst ee

doen en dan nog 2: boeken papsier en

12. penna tot gebruik sonder anders

dan dat dit bodemptje met de in voor„

raad gekapt leggende kromhouten soo

spoedig doenlyk verwagd zal werden

door /: onderstond:/ vL: vrund /: was

getekent:/ N: Nicolat /:ter Zijde:/

Banda nassauw den 18:' feb: 1733.

Aan