537

Van Banda onder dato 5 uij 1730.

op demiddag hadde de gegesten breeten

van 6. groe 54: m: deCoers is van dit

Etmael gevallen Z: Z: w: ½ w: 26: mijle

mee wint en Coers als vooren gister

van demiddag tot sons ondergang 5. mijl

geseylt te syn Snagts diwint Z: o: Coers

om de Z: Z: W: giste van Sons ondergang

tot Smorgens met sons opgang 11. igl

geseylt te zijn

Sondag den 10. dito smorgens en met sons opgang

de wind Z: o: marsz: en bramsz: Coelte Coers als

boven inde voormiddag dewint Z: o: ten 0. Coers

om de Z: Z: w: op den middag sien Romaseijd

’t midden van dito Z: ten w: nae 't oog 6. â 7.

uijt daar van nog al stijven Coelten na

demiddag den int z: 0: ten 0: stijver marseijls

Coelte Coers om de Z: ten w: peijle met sons

ondergang roma z:½ w:t nae 't oog 3. â 4.

iijt van deselven, stroom om de Z: O: savonds

en snagts dewint O: Z: o: leijdent over en

weer tot den dag.

Maendag den 11.' dito smorgens en met Sons

opgang deevend Z: o: ware digt voor

deboeg van roma laveerde om binnen

te komen alwaar wij met het 4=de glas

in de voormiddag voordreg quamen op

4. vadem water verluijden quam den Corp„l

en den orangkaijen aanboort die mijn

berigt