Transcriptie
met goud doorweven kleedjas.
Twee
ponden nagelen, en
Vier
Twee „ nooten.
Thamat:
Geschreven in de Fortresse Malacca den 29. November 1787.
Bengste
Aan den Edelen Heer Mr: Irac Titzingh
Directeur van wegen de Generale
Needenhandsehe Goctindissmo Combrijnen
benevens
den Raad
Houglij
Edele, Eerentfeste, Manhafte, Wijze, Voorzienige, zeer Discra
Op den 2. November laastleden zijn hier van Batavia gearri„
„veerd het schip de Castor en de Rroep de Goede Trouw, beiden naar uwEde„
„lens Directie gedestineerd Wij hebben die kielen ten Boedigsten doen
ontlossen van hetgene daar in voor drie van de hier Zijnde 's Lands
schepen geladen was, en laatenze nu, ter voldoeninge aan de geëerde
order der Edele Hooge Indische Regeering, naar derwaarts reis vor„
weren, uwEdelens verzoekende om met de deezen bijgevoegde Fac„
„tuur van Aanrekening groot ƒ 1264.15:—. „ a usu te willen
laaten handelen.
Terwijl wij, na minzaame groetenisse de eere hebben van
met agting te blijven, /onderstond/ Edele, Eeren Efeste, Manhafte
Wijze, voorzienige Heer Discreete /lager/ Uw Edelen Zeer dienst
„willige Vriend en Dienarren /getekend/ P. G. de Bruijn, A. Couse„
„rus, I: A. Hensel, F: Kierens, H. FWiederhold, C: G. Baumgasten,
en Ge Pangel. /in margine:/ Malacca in het Casteel den 15 Decem„
„ber 1787.
Accordeert:
Nagezien
door
af
IV„n Gaard
J Van Vank
E: G. Kack