Transcriptie
165
prijs te gerieven met een of twee koijangs rijst, ten zij de man iets
mitdreven mogte hebben, hetwelk hem strafbaar maakt, en in dien
gevalle hem bij eerste gelegenheid herwaarts te zenden, om zig
bij ons te verantwoorden.
Ondertusschen zijn wij zeer verwonderd en te onvreden over uwe.
nalaatigheid van aan ons te schrijven, en blijven; in verwagting
dat uwE. het niet langer zal uitstellen,
(onderstond) UwE. Goede Vrienden (Getekend) L. G. de Bruijn,
R. Couperas, I. A: Heufel, F. Thierens, H. I. Wiederhold, C:
G. Bauigarten, en -
(in margine) Malacca in het
Casteel den 10. October 1787.
A an den Capitous ter Zee
Arie Simonsekoek,
Commandant van Comps Zee„
„magt op de reede van
Rioue.
Manhafte Proome
Ik heb aan den Capitein der Chineeschen alhier tregistaan met een vaartuij,
waar op brenger deezes, de Chinees ue Douketjen, Nagoda is, naar Riouw te
zenden tien koijangs rijst, om ten zijnen meesten voordeele verkogt te worden,
en beveel uwE. derhalven hem daar mede te laaten begaan.
Blijne