Transcriptie
xtract, dat gevoegd is geweest bij mijn Adres aan den Heer Silvester
van den 14. der gemelde maand December, gebruikte ik de vrijheid van
zijn Ed. te kennen te geeven, dat een langer uitstel om Riouw we„
„der voor de Compagnie in possessie te neemen en te versterken
van nadeelige gevolgen voor haar zoude kunnen zijn, en dat ik
derhalven, op fundament van het aanschrijven der welgemelde
Hooge Regeeringe bij aparten brief van den 24. September 1787, n
mijn gemeld Adres geexprinceerd, gaarne inclineeren zoude om
tot de reoccupatie van Riouw over te gaan, indien zijn Ed: mij
belooven wilde, zoo wel Comps. Bezetting daar, als het Gouver„
„nement van Malacca, tot de erlanging van het van Batavia
gerequireerde venfort., met 's lands schepen te zullen dekke„
tegen de Elanongsche roovers, die volgens een van Luntiana
ontvangen en aan de hier zuccessivelijk van Riouw en elders
ingelopen berigten conform bevonden Relaas gedreigd hadden
met grooter magt, dan zig te Riouw vertoond hadt, te zullen
wederkeeren, om de begonnen verwoestingen te voltooijen.
En dewijl zijn Ed. mij daar op geliefde te antwoorden, dat zijn
Ed:, op het verzoek der Hooge Regeeringe herwaarts gekomen om
vijanden te verdrijven en zaaken te herstellen, twee van 's lands
pregatten ter bescherninge van Riouw zoude emplaijeeren, wannedr
ik zulks mogte noodig oordeelen, en met twee fregatten, nevens
het schip de Beschermer, hier vertoeven tot dat ik buiten alle
bedugting voor vijandelijke aanvallen, of gevoegzaam van Bata„
„via gerenforceerd was om dezelven te kunnen wederstaan, regu„
„leerde ik miet zijn Eds volkomen genoegen de Expesitie, die vervol„
„gens in myn voorschreven Adres van den 14. December geprovouue
en