Transcriptie
2 Val.
Alles wat ondere boedelbeschryving is vervat, is gesteld in het bezit
van den Comparant Daniel van der Pietten met uitvondering oan de
meubeles Huisraad en inboedel hetwelke is gebleven in het bezit
van de Comparante Clara van der Putten.
Menio bezig geweest van ses morgen negen ure tot des namiddags ten
Arie uren
Enverklaarde de voogdesse der Minderjarige ter zake van dezen boedel
kelaste dezelve wanderjarige geene vorderingen te hebben,
Goedgekeurde de doorhaling van een woord in de eerste bladzyde inde
elfde regel, van een woord inde derde bladzyde inde vyfde regel
van een woord inde vierde bladzyde inde Zes en dertigste regel
En hebben de partyen in hunne onderschiedere betrekkingen benevens Jan
Derkleelense, kantoorbedeerde en Cornelis Daneel Bremer, blikplager
beide t Haorlem, als getuigen, my notaris bekend, de winsche dezer dewelke
in het bezit van my notaris is verbleven, onmiddelyk nagedane voor„
lezing onderteekend.
D Van dieen Putter
Joh: de Breuik dz
C van der Putten
A
W. M van Bemmel
Wed: R: van der Pulte
Joffruij
JD:l Hersje
C D Bremer
Van Keeuwen
en
ƒ 1. 60:
ƒ 3.20 ƒ4. 42
380pC 1. 22
1
Geregistreerd te Haarlemden Negentienden
Juny 1800 tweeen zestig Deel 26 folio 1 Ver Sovar
5 Twee Bladingen Renvooi, Ontvangen
voor Regt ƒ 3: 20 Voor 38 opcenten ƒ1. 22 Zauwer
Vier Gulden twee en Deertig Cents
De ontvanger
Eekhen
N 4291
Hijpotheeks
—
N
Heden den Vijftienden Februarij Achttien honderd Tweeen zestig.
compareerde voor M:r Henricus Adrianus Francis„
Dius Daniel van Meeuwen, notaris te Haarlem, pro„
„vincie Noord Holland, integenwoordigheid der nate
noemene getuigen.)
De Heer Hendrik, Jilles Overbeek, Onderwijzer, wonen„
„de te Haarlem.
Die erkende ter leen te hebben ontvangen en alzoo wel en
deugdelijk schuldig te zyn eene somma van Vier hon„
„derd Gulden aan den Heer Jean Baptis te Gonnet
kastelein, wonende te Haarlem, welke schulderkin„
tenis bij deze wordt aangenomen door den WelEde„
„le Heer Hendrik Christiaan Tombergh Makelaar,
wonende te Haarlem, die ten deze mede compareren„
„de verklaart hiertoe mondeling door genoemden
Heer Jean Baptiste Gonnet te zyn gemagtigd.
De comparant schuldenaar belooft van gemelde zomwa„
Vier honderd Gulden aan den Heer Schuldeischer of den
wettigen houder van de grosse dezer acte intressen te zul„
„len betalen gerekend tegen vijf ten honderd in het
jaar, ingegaan op heden, te voldoen om de zes maan„
„den, voor het eerst den vijftienden Augustus Achttien
honderd Twee en Zestig, en zoo vervolgens tot aan de ge„
heele voldoening toe, en dezelve hoofdsom gelik ook
de bedongene intressen te zullen betalen, ter woonstede
en in handen van den Heer Schuldeischer of den wet
„tigen houder van de grosse dezer acte, in nederland
„sche grove zilveren muntspeciën naar den koers van
den betaaldag en zonder eenige korting
Het voorschreven kapitaal van Vier honderd Gulden
zal niet eerder opeischbaar of opzegbaar zijn, dan na
den vijftienden Februarij Achttien honderd zeven en
zestig, na verloop van welken tijd voormelde schuld
ten allen tijde opeischbaar of opzegbaar zal zyn, drie
maanden nagedane waarschuwing aan den com
„parant schuldenaars die inmiddels het regt zal heb„
:ben gemelde schuld ten allen tijde aftelossen, met
geheelen in eens, drie maanden nagedane kennisge„
„ving aan den Heer Schuldeischer, of den wettigenhoo„
„der van de grosse dezer acte.
Tot zekerheid en waarborg voor de prompte voldoe„
„ning van voorschreven som van Vier honderd Gul„
„den, en van de daarvan verschuldigde intressen heeft