Transcriptie
Chialoep van Carsten Iansz: Schoon soon van
Theunis Clasen soet hebben doot geslagen, daar op
alle de orangkaijs ons belooft hebben, ons daar in
de hulpsamehandt te bidden, binnen de tijd. van
tweedagen, naer dat het twee dagen geleden was,
soo hebben, wij ander maal den soldaat Ian beston
naer de negorij mohambel toegesonden, om te vragen
of sij gelieven een bequaem vaartuijgt met volck
te geven, gelijck sij ons belooft hadden, soo heeft
den oppersten Orangkaij, Javoure daar stoutelijk
geantwoordt, daar leght het vaertuijgt, dieder mee
vaeren wilt die kan dat doen, soo hebben wij ook des
gelijcx aen orangkaij Jacob kalewaij gevraegh of
hij met ons gelieft te gaen, of niet, daar op hij
geantwoordt heeft door dien dat orangkaij david
overleden was, soo most hij te huijs blijven, van
wegen dat hij sijn vrienden was verwachtende van
ozier, om alhier over het doode Lichaam te huijsen
ende te weenen, daar uijt uEE: agtb: genogsaam
konnen sien, hoe gewilligh dat de aronneesen
sijn om d'E Comp=e Last en ordre te volgen
Wij hebben met het vertrek van den boeckhouder
Ioan Lobs aen uE.E: agtb: toegesonden een halff
pikol schilpats hooren in gereuijst tegens 15: rx
Ingevalle
O