closeTerug naar inventaris

Transcriptie

2

sulx nauwlijx en daer

van is ingekomen, eegt

is zooveel in voorraet

als de sluijt kronenburg

sal kunnen wegslepen

de specerijen van agter

land en p=lo aij zijn bij

vlagen afgehaelt

except de noten om da

he notenhuijs te kleen

was

waermede grote

onkosten zijn voorgek

men, en

d.o specerijen daer door

niet vermindert

Van Banda den 17:e Maij 1690.

veroorsaekt, datmen van het schoon vertoonde opulent

gewas, nauwlijx twee derde Ia de meeste perkeniers

presumeren, de helft niet geoegst was is; egter hebben

wij gode zij dank nog soo veel bekomen, als de kloeke

fluijt kronenburg naw gissen, sal konnen Deg slepen

ende om bij afschepinge geen wagten te hebben, na de

agterlandse noten en foelij, soo hebbenw' deselve bij vlage,

als mede de macis van p=lo aij p.r Chialoepen laten

afhalen, gelijk ook met de noten van dat Comtoir souden

zyn geschiet, inden het Neirase Notenhuijs groot genoeg

ware geweest, om meerder partij te konnen bergen

en waer toew' na desen als ’t nieuwe te makend koter

huijs sal voltrocken zijn ruijmte genoeg sullen hebben

ook sijn daermede grote onkosten uijtgewonnen want

als men de agterlandse pecerijen, overland moet doen

groot

dragen, vereijst daertoe niet alleen„ getal menschen,

welkers huur de ongelden bewaren, maer staat ook

vast datse tot ligtinge van haer last, schoon nog soo

wel werd opgepast, al vrij wat werden vermindert

twelk int toekomende niet als boven gesegt te doen

altijd sullen zoeken voorbij te gaen

te naerlatenschappen van de d Heer gouverneur,

_

directeur