closeTerug naar inventaris

Transcriptie

Van Banda onder dato 17=' Maij 1690.

bij alle de presente Orankaijen aangehoort wesende, soo hebben

deselve op haer wijse gepitsjaert, en de eijndeling ons aenge„

segt, hoe sijl: tot meeste rust en vrede van wedersijdse

parthije, en derselver aenhang, nodigts agten, dat gesz:

doodslager als slaef bij de EComp.s wierd gebruijkt, alsoo

tusschen ged=te partijen, tsedert denselven in banda was

geweest, noijt eenige questie off moeijte was vernomen,

en dat sonder d’ een d’ ander te molesteren, ieder sijn weegs

gink, indien nu de EComp: hem dode, soo soude de questie

die nu vergeten scheen, (volgens haer gevoelen) weder op

nieuws werden geroert, en mogelijk meer moeijlijkheit

dan tevoren naer sig slepen

op dit mijnvragen en voorstellen, soodanig berigt bekomen

hebbende, vraegde, hoedanig het dan gelegen was met den

mede moordenaer bonckida, en waer denselven sig onthielt,

Item of niet nodig agten, die ons in handen wierd gelevert,

om mede naer banda te voeren; waerop mij gesamentlijk

ten antwoord dienden, dat die sedert 't vertrek van Tarsata

altijd op ondjer hadde gewoont, dat ook noijt van ovenjaes

vrunden moeijte was aengedaen, maer hadde met denselven

minnelijk geconterveert; soo dat de EComp.s nu dus

geliefde te laten berusten, dan soude 'tselve wel haest

in’t

125