Transcriptie
97
Van Bantam Onder dato 17 MMaij 1698.
Z: oosterhoek in seker opgeslagen negorije adtudan genaemt,
onder opsigt van seker kisserees Orankaij Ouroman alsoo
genaemt, haerselven sijn onthouden, en niet alleen het wax
vande wetterese alfoeresen sijn opkopende tot merckelijke
schade van d.o Lands orangkaijen, maer ook Iaerlijx met
2. â 3. Ionken aldaer verschenen, om ontrent d:o specie
handel te drijven gelijk nog op den 24. der maend december
anno voorleden sij geschiet; als wanneer nog 3. Inken
van’t geseijde Eijland kisser onder Commando van d.o
lands orangkaij met name Lixemore aldaer aengeweest
zijn, welken gast niet alleen het wax dat bereets eenigen
tijd voor den laestgenoemden datum door meer gedagte
kisseresen ingeruijlt was was weggevoert maer oek sijn
mede gebragte volckeren die ontrent in een nombre van
50. koppen hebben bestaen, bergwaert op gestuurt om nog
meerder van diergelijke specie van geseijde alphoeresen
op tekopen: dit bij de gesamentlijke wetterete orangkaijen
onderschept zijnde, hadden albereets tsamen beraadslaegt,
om dito root vogels benevens haer anachoda de klop te
geven, het welk ook ongetwijffelt soude geschiet zijn, ten
ware den konink speelman voornoemt benevens de
guarnisoenhouderen hier niet in hadde voorsien en
haerlieden niet ter contrarie voorgeslagen, soo bij aldien
sij