Transcriptie
Van Banda onder dato 17:' Maij 1690.
afscheijt van Radja salomon benevens de gesamentlijk
guarnisoenhouders genomen hebbende, weder aengedagte
bodem gevaren, en hebbe verder reijs vervordert naer het
Eijland
Makisser, alwaer wij met godes hulpe op 28.n april onder
geseijde Eijland syn komen te ankeren, hier heb ik almede
VE: agtb: afgezonde missives, soo aan den E: Fredrik backer
als den Commanderenden sergiant Ioost Fredriksz:
overhandigt, mitsgaders aen hem overgelevert soodanige
benodigtheden als ten dienste dier poste door VE: agtb: op mijn
vertrek syn mede gegeven, ook heb ik den voors. Conink
backer van VE: agtb: wege bij monde ernstig vermaant
dat desselfs onderhorige volkeren ten eersten van’t Eijland
wetter, soude 'thuijs ontbieden, op dat bij langer Continuatie
van verblijf aldaer, tusschen haer en laestgen: lands
volkeren geen verwijderinge komt, alsmede hem
aengedient dat het met in bislikheijt bestaet vreemde
toe telaten den eijgen jnwoonder hat brood uijt den mond
te nemen; hierop bragt zijn E: tot desselfs bevrijdinge
in, dat hij sulx al 2. a3. mael hadde gedaen, dog altijdt
onwillig waren gebleven om op tekomen, als stennend
op seker passa door den boekhouder Ernstknipping
opgestelt en op het Eiland voorn. onder den serg.t gelaten,
dewelke
—
—